De historie van Het Domein


Het omringende landschap


De Egelshoek is het gebied ten zuiden van Hilversum dat in het oosten en zuiden begrensd wordt door het Tienhovens Kanaal, in het westen door de oude gemeentegrens met Loosdrecht (thans deel van de Gemeente Wijdemeren) en in het noorden door de Noodweg. Het gebied is genoemd naar een stuk grond van ongeveer 9 ha, wat op oude landkaarten van Loosdrecht en Gooi- en Vechtstreek expliciet aangeduid wordt als Egels Hoek en later als Egelshoek. Dit perceel is sinds 1919 in bezit van de familie Manten.

 

Nieuwe kaart van Gooilandt (1740) metschuldige eerbiedigheid opgedragen aan Hendrik Bicker, Schepen van de Stadt Amsterdam en een detail van deze kaart.

 

Het gebied ligt tussen de Vecht en de hogere zandgronden van het Gooi en de Utrechtse Heuvelrug. In dat gebied vormde zich zo’n 10.000 jaar geleden veen. Dat hoogveen werd afgegraven. De ontginningspatronen zijn zeer duidelijk op kaarten terug te vinden. Vooral na de vroegmiddeleeuwse regressiefase, waar bij het lange tijd zeer droog was en de zeespiegel daalde, werd het goed mogelijk om het veen te ontginnen. De omgeving van de boerderij was grensgebied op velerlei gebied: het was de grens van hoge en lage gronden; van intensieve en extensieve landbouw en, last but not least, van Utrecht en Holland.


De naam Egelshoek

 

Over de naam Egelshoek doen verschillende verhalen de ronde. Volgens Albertus Perk zou de naam te danken zijn aan Ekelshoek = Eikelshoek = hoek van de eikels, in verband met de nabijheid van het voormalig eikenbos.
Volgens M. Schoneveld, Veldnamen in Nederland. Mededelingen der Koninklijke Nederlandsche Akademie van Wetenschappen, afd. Letterkunde, is de Egelshoek genoemd naar de egel, die in Nederland vaak stekelvarken wordt genoemd.
Er wordt ook een verband gelegd met graaf Floris V van Holland en Zeeland. Die werd in 1296 tijdens een valkenjacht buiten de stad Utrecht door een groepje edelen onder leiding van Gijsbrecht van Aemstel, Gerard van Velzen en Herman van Woerden gevangen genomen en naar het Muiderslot gevoerd om vandaar naar Engeland te worden verscheept. Tijdens een bevrijdingsactie door de boeren werd hij echter om het leven gebracht. De plaats ten noorden van Utrecht waar Floris V gevangen was genomen, werd “een eckelige hoek”, een akelige hoek genoemd. Later zou die aanduiding in Egelshoek zijn overgegaan. Dit is de versie van de naamgeving van de Egelshoek van W.J. Voogsgeerd, een vroegere onderwijzer en amateurhistoricus uit Loosdrecht. Ik moet erbij zeggen dat meester Voogsgeerd bekend stond als een fantastisch verteller, in beide betekenissen van het woord.


De geschiedenis

 

De gronden ten westen van Hilversum waren bezit van de kerk van Naarden. Tijdens de Hoekse en Kabeljauwse twisten wordt Naarden overvallen en de kerk in brand gestoken. De gronden ten zuiden van Hilversum worden aan de kerk geschonken om een nieuwe kerk te financieren en te onderhouden. Dit gebied was en is bekend onder de naam Kerkelanden. Een deel van het gebied in het zuiden van het Gooi was eigendom van de staat en werd verdeeld in een “Eerste” en een “Tweede Blok”. De Erfgooiers hadden daar de gebruiksrechten. Veelal lieten ze er schapen grazen. Vanaf 1625 kwamen er grootschalige plannen om heide te ontginnen. Het “Eerste Blok”werd na felle strijd pas in 1634 verkaveld. Daar ontstond ’s-Graveland. Het “Tweede Blok” (in het zuiden van het Gooi) werd niet ontgonnen. Pas na de heideverdeling van 1836 werden de kavels van het Tweede Blok ontgonnen. Daar ontstond later onder andere het landgoed Einde Gooi. In dat jaar werden ook de gronden van Kerk van Naarden en Domeinen gescheiden. De gronden die Domeinen verkreeg werden geveild. Bij de veiling van deze zgn. Domaniale gronden kwam een deel in handen van de heer H.A. Insinger (van Landgoed Pijnenburg in Baarn) en de heer Sinkel te Amsterdam (van de winkel van Sinkel), een ander deel werd gekocht door jonkheer Pieter van de Poll te Loosdrecht

 

Kaart van omstreeks 1830. Rechts van het Roodpannenhuis(tegenwoordig Vrede’tBest) de gronden die herverdeeld werden tussen Doeminen en Kerkelanden (kerk van Naarden)

 

Na het overlijden van Pieter van de Poll in 1885 werd zijn bezit door zijn erfgenamen opnieuw geveild, nu bij opbod en afslag. De boerenhofstede, bestaande in boerenwoning met annexe stalling genaamd “Het Domein”, zoals in de akte omschreven, werd gekocht door Cors Manten de overgrootvader en betovergrootvader van de huidige eigenaars, die op dat moment een boerenbedrijf runde op het naastgelegen Vrede’tBest. De aankoopprijs met bijna 11,5 hectare grond bedroeg volgens de akte van 8 april 1886 11.500,00 gulden.


Het Domein


Nadat Cors Manten “Het Domein” had gekocht werd de boerderij de eerste 12 jaar samen met Vrede’tBest gerund. Met vier zonen en zes dochters werd het werk op twee boerderijen makkelijk gedaan. Toen de derde zoon Dirk Manten in 1898 trouwde ging hij met z'n vrouw daar wonen en werken. In augustus 1913, na de hooi- en stro-oogst brandde de boerderij volledig af. Begin oktober werd begonnen met de bouw van de huidige boerderij, met een vijfroedige hooiberg en een vierroedige stroberg, die in december 1913 werd opgeleverd. De hele boerderij kostte met inbegrip van het schilderwerk 5.600 gulden.

 

De boerderij van voor en na de brand van 1913

 

Op 1 juni 1919 kocht Dirk Manten de grond die gelegen is tussen Vrede’tBest en Het Domein van de familie Insinger waardoor de boerderij meer dan 20 ha groot werd. Daarmee was de boerderij nog niet aanééngesloten. Tussen de gronden behorende bij Het Domein en het perceel wat Egelshoek heet liep nog een landweg van Loosdrecht naar het buurtschap. Die weg, genaamd Heiveld, werd na de tweede wereldoorlog aangekocht. In 1926 werd er een schuur bijgebouwd voor het mesten van 72 varkens. Daarmee was de boerderij een echt “gemengd” bedrijf.


De tweede wereldoorlog.

 

In 1938 werd in de Egelshoek begonnen met de bouw van een vliegveld voor de burgerluchtvaart. Dat was nog niet eens helemaal klaar toen de Duitse troepen op 10 mei 1940 Nederland binnenvielen en dit vliegveld, dat 500 meter van de boerderij was gelegen, bombardeerden. De Egelshoek en het nabijgelegen Nieuw-Loosdrecht werden geevacueerd, maar Dirk Manten en zijn gezin lieten zich niet wegjagen. Zij weigerden om hun vee te verlaten en bleven op eigen risico op de boerderij. Samen met Harmen Lamme uit Loosdrecht waren zij voor een paar dagen de enige inwoners van Loosdrecht en de Egelshoek. Na de capitulatie op 14 mei keerden alle bewoners weer terug. Begin 1944 werd door de Duitse bezettingsmacht een groot deel van het land gevorderd om het vliegveld te vergroten. Daartoe werden alle sloten gedempt en het Heiveld (de weg tussen de Egelshoek en Loosdrecht) afgesloten. De Tweede Wereldoorlog had grote invloed op het gezinsleven van de familie Manten. Vooral de laatste 2 jaren waren er altijd onderduikers op de boerderij. Daarnaast mocht er iedere middag twee mensen mee-eten met het gezin. Een van de vele mee-eters was, aan het eind van de oorlog, de postbode die al een paar dagen niets te eten had gehad en bovendien probeerde voor een paar dagen vooruit te eten. Uiteindelijk zei mijn grootmoeder Teuntje Manten-Griffioen: "ik zou maar stoppen met eten en de pan met eten mee naar huis nemen". Aldus gebeurde en bij de volgende postbestelling werd de pan teruggebracht. Gebruik maken van het feit dat er weinig voedsel in Nederland beschikbaar was, was voor m'n grootvader uit den boze. Alles wat er over was werd voor een gangbare prijs verkocht en niet voor woekerprijzen. De dankbaarheid van onderduikers, melkklanten en eters blijkt uit de oorkonde en foto die mijn grootvader en -moeder na de oorlog uitgereikt kregen.

 

Foto en oorkonde waarvan de tekst luidt: Een groep dankbare melkklanten die tijdens wereldoorlog 1940-1945 hun weg vonden naar de familie Manten en door de gehele familie op voorbeeldige en menschlievende wijze werden geholpen. Menige lichtstraal hebben zij op deze wijze geworpen in verschillende noodlijdenden gezinnen. Dit beeld is op de gevoelige plaat vastgelegd als een blijvende herinnering voor de familie Manten. Met groote dankbaarheid bied ik deze foto aan.
J. Smits, hoofdrechercheur van Politie in Hilversum.

 

De volgende generaties.


Na het overlijden van Dirk Manten in 1950 werden drie zoons van hem eigenaar van de boerderij. Deze drie broers Willem, Dirk en Johannes (van wie de jongste, Johan, m’n vader was) die door het leven gingen als de Gebroeders hebben de boerderij uitgebreid tot bijna 27 ha. Er werd een woning naast de boerderij gebouwd en ze kochten in Loosdrecht een perceel van 6 ha wat veelal gebruikt werd om het jongvee te weiden. Ook maakten de tractor en de melkmachine hun opwachting en er werd een zomermelkstal gebouwd om de koeien in de zomer onder dak machinaal te kunnen melken. Deze zomermelkstal was ook het begin van een “tweede tak” op de boerderij. In de winter werd de zomermelkstal verhuurd om caravans in te stallen. Omdat de klanten vroegen of de caravan, nadat de koeien weer in het land liepen, nog wat langer, en daarmee buiten, gestald konden worden, ontstond ook een buitenstalling. Eerst stonden de caravans buiten in het gras in een later stadium werd het terrein verhard en werd er nog een stalling bijgebouwd. Nadat de zoon van Johan, Dick, in 1974 een ligboxenstal heeft gebouwd werd de zomermelkstal gebruikt om jaarrond caravans te stallen. Met de bouw van de ligboxenstal verdween het “gemengde” karakter van het bedrijf. Koeien en varkens op één boerderij paste niet meer, ook in verband met de gezondheidrisico’s, en het bouwland, waar tot dan rogge, haver, aardappelen en bieten werden verbouwd, werd ingezaaid met gras. Vanaf dat moment werd het een echt melkveebedrijf waar zo’n 60 - 70 koeien gemolken werden in dubbele vierstands melkstal. In 1984 werd de boerderij nog uitgebreid tot 35 ha door aankoop van een naastgelegen perceel grond. Op 1 mei 2013, bijna 100 jaar na de bouw van de boerderij is Dick Manten gestopt met melken. Op de boerderij graast nu een kudde Aberdeen Angus koeien. Dit is een van de weinige kuddes van dit van oorsprong Schotse ras die in Nederland grazen. De koeien met kalfjes van dit zeer vriendelijke ras lopen tot diep in het najaar buiten in de wei en staan in de winter op stal.

 

Landgoed het Domein

 

Op 12 juni 2017 werd boerderij het Domein gerangschikt onder de Natuurschoonwet 1928 en daarmee officieel een NSW Landgoed. Op dit landgoed wordt gewoond en gewerkt en is er de voortdurende zorg voor het erfgoed. Om dit beheer (van natuur, landschap en gebouwen) te kunnen bekostigen worden er natuurinclusief koeien gehouden, wordt een deel van de bedrijfsgebouwen verhuurd en doen we aan natuurherstel. Bij dit alles staan instandhouding van het landgoed en goed rentmeesterschap centraal.